Montage op luchtkleppen (vormgesloten asverbinding)

OPMERKING

notice

Ernstige materiële schade door onderbreking van de stroomvoorziening

Als de stroomvoorziening tijdens het afstellen wordt onderbroken, raakt de aandrijving onherstelbaar beschadigd.

  1. Laat de aandrijving tijdens de afstelling ononderbroken aangesloten op de stroomvoorziening.
  1. Gebruik de vier M4-schroeven om de draaiaandrijving aan de klep of een montagebeugel ter plaatse te bevestigen.
  2. Steek de inbussleutel in de ‘HV’-aansluiting en draai ca. 1 1/2 slag in de richting van de pijl, totdat de bevestigingsgaten van de aandrijving op één lijn liggen met die van de klep (symbool rechts van de ‘HV’-aansluiting).
  3. Houd de inbussleutel op zijn plaats om de uitlijning te behouden.
  4. Plaats de draaiaandrijving op de as van de klep en bevestig deze diagonaal met 2 schroeven.
  5. Verwijder de inbussleutel.
  6. Draai de overige schroeven erin en draai alle schroeven goed vast.
  7. Controleer de functionaliteit in de handmatige modus met een kleine hoek van max. 2 slagen van de HV (inbussleutel in ‘HV’-aansluiting).
  8. Sluit de draaiaandrijving alleen aan op de voedingsspanning met klemmen 1-2.
  9. De LED op de draaiaandrijving brandt groen.
  10. Draai de schakelaar (S) naar stand 02 (laag koppel) of 07 (hoog koppel). Houd de knop (T) minstens 3 seconden ingedrukt.
  11. De aandrijving beweegt automatisch naar beide eindposities en detecteert de posities van de blokkeringen (afstelling). De LED knippert groen tijdens het afstellen. De afstelling duurt ca. 60 s voor bouwgrootte S; ca. 180 s voor bouwgrootte M.
  12. De draaiaandrijving doorloopt langzaam het volledige rotatiebereik in beide richtingen om de eindposities exact te (afstelling) bepalen.
  13. Sluit alle andere klemmen aan en zet de schakelaar (S) in de gewenste stand.
  14. De geselecteerde parameters worden tijdens de volgende bediening/afstelling uitgevoerd.
  1. De draaiaandrijving is nu correct gemonteerd.